De anticonceptiepleister
Wat is het?
De anticonceptiepleister is een plakkertje van 5 op 5 centimeter dat voor 7 dagen op de huid wordt geplakt. De pleister geeft 2 soorten hormonen af: een oestrogeen en een progestativum.
Na 3 weken en dus 3 opeenvolgende pleisters wordt een week lang niets geplakt. Na een pauze van 7 dagen begint de cyclus opnieuw.
Voor wie is het bedoeld?
De hormonale pleister is bedoeld voor vrouwen zonder contra-indicaties voor het gebruik van een voorbehoedsmiddel met oestroprogestativa, dus niet voor vrouwen:
- die roken, vooral als ze ouder zijn dan 35
- die lijden (of geleden hebben) aan:
- bij wie er sprake is of was van borst-, baarmoederslijmvlies- of eierstokkanker
De pleister is evenmin geschikt bij verplichte bedrust of een langdurig verblijf boven 4500 m hoogte. Natuurlijk is het gebruik ervan ook uitgesloten voor vrouwen die zwanger zijn of dat vermoeden.
Jonge mama’s mogen de pleister vanaf de 28ste dag na de bevalling aanbrengen op voorwaarde dat ze geen borstvoeding meer geven en niet meer wegen dan 90 kg.
Werking van de anticonceptiepleister
De oestrogenen en het progestativum hebben een drievoudige werking:
- Verhinderen van de eisprong.
- Verdikken van het slijm van de baarmoederhals om de doorgang voor het sperma te bemoeilijken.
- Verdunnen van het baarmoederslijmvlies zodat de omstandigheden ongunstig zijn voor een innesteling.
Bij correct gebruik is de pleister 99% 1 doeltreffend. Toch neemt de betrouwbaarheid af bij vrouwen boven 90 kg, die daarom een geschikter voorbehoedsmiddel moeten kiezen. Een gesprek met een arts of gynaecoloog is nodig om het beste anticonceptiemiddel te kunnen bepalen.
Gebruiksaanwijzing
De pleister kan voor onmiddellijke bescherming al op de 1ste dag van de maandstonden worden aangebracht. Als u de vorige maand nog een andere anticonceptiemethode gebruikte, lees dan de bijsluiter en raadpleeg uw arts of gynaecoloog: de eerste 7 dagen kan nog een lokaal voorbehoedsmiddel nodig zijn (bijvoorbeeld een condoom).
Dat geldt ook als u op een ander moment in de cyclus start met de pleister.
- Verwijder de pleister op de 8ste dag en breng een nieuwe aan, liefst op een andere plaats.
- Doe een week later nog eens hetzelfde.
- De 4de week last u een pauze van 7 dagen zonder pleister in.
- Op de 8ste dag herbegint de cyclus.
Waar wordt de pleister gekleefd?
De pleister kan op een gewassen stukje gezonde huid op de buitenkant van de bovenarm, de rug, de billen of de buik worden gekleefd. Hij mag echter nooit op de borsten.
De pleister hecht heel goed en zou dus niet mogen loskomen tijdens lichaamsbeweging, zwemmen, sauna of douchen.
U mag hem echter nooit doorknippen, versieren, met cosmeticaproducten bedekken of blootstellen aan een warmtebron of de zon. Vervang hem als hij niet meer kleeft en houd hem niet op zijn plaats met een gewone pleister of plakband erover.
Voordelen
- Door anticonceptie via een pleister hoeft u telkens een week lang nergens aan te denken.
- Braken en diarree belemmeren de werking niet want de hormonen komen via de huid het lichaam binnen.
- De pleister kan de symptomen van het premenstrueel syndroom verlichten.
- De maandstonden zijn vaak minder overvloedig, minder pijnlijk en altijd regelmatig.
- Sommige vrouwen hebben minder acne.
- Het contraceptieve effect is omkeerbaar en de vruchtbaarheid wordt niet aangetast.
- De pleister vermindert het risico op eierstok-, baarmoederslijmvlies- en dikkedarmkanker en op bepaalde stoornissen (goedaardige gezwellen in de borst, eierstokcysten, infecties aan de eileiders en buitenbaarmoederlijke zwangerschap) evenals de symptomen van endometriose.
Wat kost de pleister?
Een doosje met 9 pleisters kost € 25 voor vrouwen onder 21 jaar en € 34 voor vrouwen boven 21 jaar.
Ongemakken en bijwerkingen
- De pleister is zichtbaar op de huid.
- De huid kan geïrriteerd geraken.
- De eerste maanden kunnen sommige vrouwen te kampen krijgen met misselijkheid, hoofdpijn, gespannen borsten, stemmingswisselingen en spotting.
- Ernstige bijwerkingen zijn heel zeldzaam. Ze kunnen bovendien ook optreden bij alle andere anticonceptiemiddelen met een combinatie van hormonen. Zo verhoogt het gebruik van de pleister het risico op trombo-embolie, vooral tijdens het 1ste jaar. Het gevaar is groter dan bij de combinatiepillen van de 2de generatie. Het wordt nog vergroot door factoren als diabetes, hoge bloeddruk, obesitas, de aanwezigheid van migraine met aura en roken.
- De pleister houdt ook een beetje meer risico op borst- en baarmoederhalskanker in dan wanneer geen hormonaal anticonceptiemiddel wordt gebruikt. Dat verkleint weer wanneer met de anticonceptie wordt gestopt.
Geen enkel onderzoek toont een mogelijke gewichtstoename aan. Tot slot blijft het belangrijk om te weten dat de hormonale pleister niet beschermt tegen soa’s (seksueel overdraagbare aandoeningen).
Publicatiedatum : 11-01-2016
Bron 1 OMS, Medical eligibility criteria for contraceptive use - Part II, 5th edition (2015), p. 102