De bevalling inleiden: wanneer, hoe en waarom?
In de eerste plaats om medische redenen
Als uw gynaecoloog of vroedvrouw u voorstelt om de bevalling in te leiden, is dat in veruit de meeste gevallen om medische redenen. Onder meer:
- Over tijd gaan: de termijn van een zwangerschap bedraagt gemiddeld 40 weken amenorroe (WA). Sommige moeders bevallen kort vóór die termijn in uitstekende omstandigheden, andere kort erna. Als de verlenging van de zwangerschap echter geen voordeel betekent voor de foetus of te veel risico’s inhoudt, kan de arts overwegen om de bevalling in te leiden, gemiddeld na 41 WA en zeker vóór 42 WA.
- Een gevaar voor de moeder: hypertensie, zwangerschapsdiabetes, hartinsufficiëntie, longziekte …
- Een gevaar voor de baby: bij verontrustende tekens bij de foetus (te groot of te klein, abnormaal hartritme, bepaalde misvormingen enz.).
- Te vroeg breken van de vruchtwaterzak: als de weeën nog altijd niet begonnen zijn na een termijn die varieert van 6 tot 24 uur na het breken van de vliezen, wordt er in de meeste gevallen voorgesteld om de bevalling in te leiden. De steriliteit van de baarmoeder is dan immers niet langer gewaarborgd, en er is gevaar voor een infectie.
Een groot deel van de mislukkingen of complicaties van een ingeleide bevalling hangen rechtstreeks samen met de indicatie ervoor. Het overschrijden van de termijn, met een te zware baby bijvoorbeeld, kan een keizersnede noodzakelijk maken.
De bevalling inleiden om ‘comfortredenen’
In zeer zeldzame gevallen kan de bevalling worden ingeleid voor het ‘persoonlijk comfort’, met andere woorden: op verzoek van de patiënte, om niet-medische redenen. Zwangerschapsuitputting, angst dat de gynaecoloog-verloskundige of vroedvrouw er op de dag zelf niet zal zijn, familiale problemen enz. De redenen zijn talrijk. Toch moet er absoluut aan enkele voorwaarden voldaan worden:
- De baarmoederhals moet rijp zijn (uitzetting, ligging, stevigheid en lengte moeten gunstig zijn voor de geboorte van het kind).
- De zwangerschap moet voldragen zijn: minstens 39 weken amenorroe.
Murter van de baarmoederhals
Bijschrift : Baarmoeders - 2. Vagina / A. Baarmoederhals : Wissen – B. Uitzetting
Gebruikte technieken
De manier om een bevalling in te leiden, hangt af van de toestand van de baarmoederhals:
De baarmoederhals is niet klaar
Als de baarmoederhals niet klaar is (d.w.z. niet voldoende uitgezet en verweekt), kan de arts u prostaglandines voorschrijven in de vorm van gel, een bandje, vaginale of orale tabletten of via intraveneuze toediening. Die hebben hetzelfde effect als de prostaglandines die natuurlijk aangemaakt worden door het lichaam: ze veranderen de stevigheid van de baarmoederhals, veroorzaken vervolgens de contracties en doen de hals uitzetten.
De baarmoederhals is klaar
In dat geval bestaan er verschillende – overwegend mechanische – methoden:
- Het losmaken van de vliezen: de arts of de vroedvrouw plaatst een vinger tussen de rand van de baarmoederhals en de vruchtwaterzak, om hem los te maken. Deze techniek heeft als doel de afscheiding van prostaglandines op gang te brengen, en kan dus de weeën inleiden. De methode is vooral doeltreffend als de baarmoederhals goed rijp is en het hoofdje van de baby zich in de juiste positie bevindt. Het losmaken van de vliezen kan hinderlijk en ietwat pijnlijk zijn, en ook gepaard gaan met licht bloedverlies.
- De ballontechniek: bij deze methode wordt er een soepele sonde ingebracht in de baarmoederhals, met een ballonnetje aan het uiteinde. Eenmaal op zijn plaats wordt het ballonnetje opgeblazen met steriel water. De druk op de baarmoederhals stimuleert de uitzetting (dilatatie). Deze techniek kan eveneens hinder en wat pijn veroorzaken.
- Het breken van de vliezen: zijn de weeën al enige tijd begonnen, maar de vliezen nog altijd intact, dan kunnen ze kunstmatig gescheurd worden met behulp van een instrument met een haakje aan het uiteinde. Deze techniek is niet pijnlijk, want de vliezen hebben geen zenuwuiteinden. Voor of na deze artificiële scheur kan er een infuus met ocytocine (een hormoon dat de weeën veroorzaakt) worden toegediend.
Bijschrift : 1. Waterzak / 2. Baarmoederhals
Welke risico’s?
Een kunstmatig ingeleide bevalling leidt meestal tot langere weeën, zeker als de baarmoederhals niet klaar is.
Na het breken van de vliezen zijn de contracties vaak pijnlijker. De risico’s van een opgewekte bevalling zijn beperkt, maar wel reëel.
Het belangrijkste risico is dat de inleiding mislukt, doordat de baarmoederhals niet uitzet, ondanks de regelmatige weeën, of omdat de foetus de weeën niet verdraagt. In beide gevallen wordt er gekozen voor een keizersnede.
Publicatiedatum: 25-05-2018